Soms wel, soms niet

Gepubliceerd op 30 juli 2025 om 13:40

Sommige dagen voelen licht. Dan geniet ik van een koffietje in de zon, dans ik de kamer rond op kindermuziek, lach ik om iets kleins en voel ik me gewoon mezelf. Dan vergeet ik bijna dat ik ooit zo’n pijn heb gehad, en dan vergeet ik het leed uit het verleden. Het leven voelt dan niet als ‘ervoor’ of ‘erna’, maar gewoon als nu. 

En dan zijn er dagen dat het anders is. Dan is er een soort zwart gordijn wat over alles heen hangt, en een schaduw die me blijft achtervolgen en alles me herinnert aan de dingen die me pijn hebben gedaan. Dan lijkt alles wat ik doe gedragen te worden door het gemis, en de pijn me blijft stalken, alsof ik er nooit meer vanaf kom. 

En op dit moment? Het gaat best goed met me.

Er is een soort ruimte gekomen — ruimte om te ademen, om te voelen zonder dat het me overweldigt. De dagen die vroeger zo zwaar waren, zijn nu lichter. Niet dat het verdriet weg is, verre van dat. Het is er nog steeds, als een zachte achtergrondmuziek die af en toe wat harder gaat, maar het is geen concert meer waarbij je weet dat het soms aan de honderd decibel komt. Die vlagen zullen blijven bestaan, maar hopelijk blijft het nu zo, want zo kan ik het wel hebben. Ik merk dat ik weer kan lachen zonder dat ik me schuldig voel. Dat ik dingen kan doen omdat ik er plezier in heb, niet om te ontsnappen aan het verdriet. Dat ik plannen kan maken voor morgen, dromen mag koesteren en dat ik ook sneller geneigd ben iets leuks te ondernemen. Herinneringen maken zijn belangrijker dan materialen die je in je bezit hebt.

Zo zeg ik vaak dat ik graag 'meer' wil. Ik wil meer ruimte in het huis, of in de dingen die erin staan. Ik wil nieuwere dingen hebben, puur om te laten zien dat ik het zou kunnen hebben. Dat ik dat naar de wereld uit kan stralen. Maar wat heeft dat eigenlijk voor nut? Alles wat ik nu heb, is functioneel, het werkt. En meer hoeft toch niet? Dus waarom zou ik dat gaan vervangen, daar geld aan uitgeven, terwijl ik er eigenlijk niks aan heb? 

Wat ik nu merk, is dat ik dat geld liever steek in herinneringen maken. Het bezoeken van een concert, een dagje naar een stad om te ontdekken. Die momenten ga ik namelijk onthouden. Daar ga ik meer plezier van hebben, dan van iets wat materieel is. Tuurlijk. Het hebben van geld en een buffer is handig, en een soort van must. Maar bakken met geld hebben, waarvan de cijfers je enkel aanstaren als je de bank-app op je telefoon opent, daar heb ik nu niks aan. Ik woon in een leuk huurhuis, ik heb een mooie, ruime auto. Ik heb een leuke inrichting in het huis, Eef heeft genoeg speelgoed en ik heb genoeg spullen om mijn hobby uit te kunnen oefenen. Meer heb ik nu niet nodig. 

Want de planning staat 'vol' met leuke ondernemingen de aankomende tijd. We hebben bijna vakantie. Nog vier dagen werken, en dan hebben we twee weken vrij. Eef is momenteel met haar vader op vakantie, dus de eerste week vakantie hebben mijn vriend en ik het rijk alleen. En van die week samen gaan we ook wat leuks maken. Er staat al een overnachting in het westen des lands op de planning, en als het goed weer is, gaan we lekker wandelen in de Eifel.

De week erop, als Eef weer terug is, gaan we naar een grote speeltuin in het thema van aardbeien, een dagje naar de dierentuin, lekker uiteten en wellicht nog wat andere dingen doen. En dan, in september, gaan we een midweekje naar een vakantiepark. In oktober staat een avondje Jochem Myjer op de planning, want ik was voor alles uitgeloot, maar opeens was er een mailtje dat ik toch nog kaartjes kon krijgen, want ik was de eerste op de wachtlijst. En in december gaan mijn vriend en ik terug naar onze basisschooltijd, want al dansend op Kabouter Plop en Het Huis Anubis gaan we samen naar de Studio 100 SingAlong. Hoe leuk is het, om als midden twintigers de kabouterdans weer eens te kunnen doen?

Zo'n plannen heb ik lang niet durven te maken. Of ik wilde er niet heen, omdat ik er geen zin in had. Maar nu is dat volledig omgedraaid. Ik wil leuke dingen doen, ik wil herinneringen maken, en mezelf goed voelen over mezelf. Zo ben ik sinds kort aan het hardlopen. Of ja, als je me voorbij ziet rennen lijkt het waarschijnlijk eerder op snelwandelen, maar het gaat erom dat ik het doe. Ik ga de deur weer uit, en dat heb ik lang niet meer gehad.

Soms voelt het alsof ik eindelijk een beetje rust vind in mezelf, alsof het leven weer een beetje kleur krijgt. Dat ik weer kan zijn wie ik ben — niet alleen iemand die verloor, maar ook iemand die leeft, vooruit kan kijken en kan genieten. 

Toch weet ik dat het niet altijd zo zal zijn. Soms zal de pijn terugkomen, onverwacht en onuitgenodigd. Een foto, een geur, een gedachte kan een golf van verdriet losmaken die ineens alles overspoelt. Laatst haalde ik een haakpatroon uit een mapje, waar een geur van sigarettenrook uitkwam. Het haakpatroon kwam van mijn moeder af, en die geur bracht een hoop terug. Die dagen zijn nog steeds moeilijk, en dat zullen ze misschien altijd zijn. Maar ik hoef er niet meer alleen doorheen. Ik heb geleerd dat het oké is om hulp te vragen, om het verdriet toe te laten zonder erdoor geleid te worden. 

Deze momenten van vreugde herinneren me eraan dat rouw niet een grote, eindeloze tunnel is, maar een landschap met pieken en dalen, een beetje zoals de plek waar we het appartement in Zwitserland hadden en waar we heerlijk wandelden. Dat er leven naast het verdriet bestaat, en dat het mag bestaan.

Ik ben dankbaar voor dit gevoel, dit inzicht. Voor het feit dat ik weer durf te dromen, te lachen en te leven — ook al is het soms met een brok in mijn keel.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.